Over de Spoorwegwet van 1875



WET van den 9 april 1875 tot regeling van de dienst en het gebruik der spoorwegen.


 


De belangrijkste wijziging in deze wet ten opzicht van de wet van 1859 is de toevoeging van

Hoofdstuk III: Van de tarieven en het vervoer der goederen.


De tarieven en het vervoer van goederen waren hiervoor geregeld in de concessies van de spoorwegdiensten. Omdat een concessie een lange looptijd heeft zijn de bepalingen hierover niet gemakkelijk te wijzigingen of aan te passen. Daarom worden deze in de wet opgenomen.


Daarnaast zijn waar nodig artikelen aangepast en gemoderniseerd.


In de kamerverslagen over de behandeling van deze wet komt de andere vorm van spoorwegen aan de orde namelijk de “Tramway”.

De eerste paardentram reed in 1864 in Den Haag en in 1875 was het tramwegnet al aardig uitgebreid, maar nog steeds paardentram. De eerste stoomtram komt 4 jaar later.

De Wet van 1875 wordt niet van toepassing op de Tramweg verklaart. De Minister vind het  niet nodig om hierover iets in de wet op te nemen. De Tramweg is (nog) onbelangrijk.


Bij Koninklijk besluit van 27 October 1875 wordt het nieuwe Algemeen Reglement voor den dienst op de spoorwegen (ARD) van kracht. Ook dit is in hoofdzaak een verbeterde versie van het AR uit 1863. De tekst van dit reglement heb ik om deze rede, mede vanwege zijn grote lengte,  niet in dit hoofdstuk opgenomen.






Home



Spoorwegwet 1875

-  over de Spoorwegwet 1875

-  de Spoorwegwet 1875